vrijdag, augustus 25, 2006

Kelimutu

Beste lezers,
Het dorpje Moni is niet meer dan een rijtje losmen en restaurantjes, gericht op het stadige stroompje toeristen dat 's ochtends de klim maakt naar de Kelimutu vulkaan. Zo ook wij. Zonder Jan jammer genoeg, wiens maag hem opnieuw parten speelt. Na een kilometer of wat begeeft onze bemo het, zonder kans op herstel. We zien onze zonsopgang al in rook opgaan. Na een halfuurtje blijkt er toch nog een tweede bemo in het dorp te zijn - later horen we andere reizigers klagen dat hun bemo niet kwam opdagen, we zwijgen - die ons naar de top brengt. Net te laat voor de zonsopgang, maar we klagen niet. Prachtig zicht op de 3 gekleurde kratermeren, waarvan er twee donkerbruin a zwart zijn en eentje blauwgroen. De kleuren veranderen met de lichtinval en met de tijd. Terug in Moni zeggen we dag aan Jan, An en enkele kilo,s bagage.

Huizen kijken

Beste lezers,
Na een dagje vliegtuigtickets regelen - I'll fly Merpati and I'll fly when I want to - in het gezellig drukke Lbuan Bajo nemen we - nog altijd met zijn viertjes - de ochtendbus naar Ruteng. Ruteng ligt in hartje Mangarai gebied, een van de vele groepen die in Flores leven. Tradities zijn nog altijd sterk bij de Mangarai. Een dorpeling van Kampong Ruteng toont ons de attributen van het wrede 'caci': schild, masker en zweep, alledrie prachtig versierd. De Mangarai hebben het voor rond vormen: huizen, dorpen en zelfs de structuur van de rijstvelden zijn rond. Een halve dag verder, in Bajawa, zitten we middenin de Ngada cultuur. Hier huren we een gids en bemo voor een dag en bezoeken we een aantal Ngada dorpen. De Ngada zijn een matriarchale samenleving - de vrouwen hebben het voor het zeggen. Dorpen zijn opgebouwd in twee tegenover elkaar staande rijen huizen en bevatten symbolen voor de verering van de voorouders. Megalieten zijn hier het onderwerp geweest van antropologisch onderzoek. Er zou verwantschap zijn tussen de Ngada's en oa. de Meningkabau van Sumatra en de Toraja van Sulawesi en de verwantschap zou teruggaan naar Vietnam en China. Facinerend allemaal. Van Bajawa gaat het richting Moni, aan de voet van de sterattractie van Flores...

De Nare Varaan

Beste lezers,
Internet is schaars hier op het bloemeneiland, maar momenteel leggen we beslag op de enige (!) computer met internet - telefoon natuurlijk - van het havenstadje Labuan Bajo. Dit is het stadje waar onze tocht van Flores begon en bijna is ge'eindigd. Maar het verhaal begint in Lombok, in het stadje Sengigi, waar we An en Jan tegen het lijf liepen - niet toevallig natuurlijk. Zij brachten Duvel en "fondant" chocolade mee, zodat onze heimwee naar de Belgische "keuken" weer getemperd is. De Duvel beviel Jan niet zo goed, jammer genoeg net voor de start van een driedaagse "cruise" (incl. eten) van Lombok naar Flores. Algemene olieschaarste hier in Lombok - een jaarlijks terugkerend fenomeen, zo vertellen ons de locals, maar onze boottocht kan gewoon van start gaan. De eerste dag van onze boottocht is eigenlijk een tocht door zuid-Lobok met oa. een 'blijde intrede' in een 'traditioneel' dorp, waar we een demonstratie krijgen van het 'traditionele', maar toch indrukwekkende stokvechten. Dan de boot op. 's Nachts slapen in een kattenbak achter op het dek. Wanneer de golven ons heen en weer beginnen te slaan, beginnen we te begrijpen waarom een eigen cabine zoveel duurder was. De golven doen geen deugd aan Jans maag. De hoofdattractie van de tocht is een stop op het Komodo eiland. Hier heerst de Komodo Varaan, de grootste hagedis ter wereld. Circa 3 meter lang meet het beest. De gids vertelt ons dat van tijd tot tijd een iets te dicht fotograferende toerist een slag krijgt van het dier, bijna altijd met fatale afloop. Na Komodo varen we tussen de tientallen eilandjes van het Komodo Nationaal Park naar Labuan Bajo, Flores, waar een herstelde Jan zich op de "afscheidsparty" eindelijk vol kan eten.

maandag, augustus 07, 2006

onderweg naar Flores

Beste lezers,
Als "advanced open water" gecertificeerde hebben we Bali per ferry verlaten voor de 5-uur durende oversteek naar Lombok. Met Lombok zijn we gearriveerd in de groep eilanden die hier Nusa Tengara wordt genoemd en doorgaat tot en met Flores, vermoedelijk het meest oostelijke eiland waar we gaan geraken. Lombok is het kleine broertje van Bali, dat pogingen doet een deel van de toeristenkoek binnen te halen. Twee grote attracties hier, de 3 Gili eilanden en de Rinjani vulkaan. We bezoeken geen van beide, vooral door ons geduik. Wel nog net tijd voor 2 dagen in Senaru -niet zover van Mataram-, in het binnenland van Lombok aan de voet van Gunung Rinjani. Wandelingen door de velden - veel boontjes en pindanoten, ook aardnoten genoemd- met telkens de oceaan en de vulkaan in zicht en de enorme gastvrije bevolking - tweemaal uitgenodigd voor kokosnoten en een soort Jules De Stroopere wafeltjes - maakten het een onverwacht hoogtepuntje. Wel niet voor de eerste keer geconfronteerd met bijzonder opdringerige guesthouse-uitbaters die toers - naar de Rinjani- of transport - naar overal- proberen te kwijten aan exorbitante prijzen. En wij die dachten dat we met India het ergste wel achter de rug hadden... Straks ontmoeten we normaliter An en Jan en nemen we morgen een "cruise" op een "sailing yacht" via Komodo, het drakeneiland, naar Labuan Bajo, Flores.